21-22 december Ulft-Dusseldorf-Abu Dhabi-Colombo-R

Om 05.00 vertrokken we, nadat de laatste brieven gepost en nog wat dingen waren nagelopen gecontroleerd in huis en de praktijk, in de Opel Corsa van Zwany naar het vliegveld in Düsseldorf.
De reis verliep probleemloos. We moesten een half uur voor aankomst op het vliegveld de valet parking bellen, echter deze nam niet op. Uiteindelijk 10 minuten voordat we op het vliegveld aankwamen kregen we contact en na een extra rondje vliegveld werd na 10 minuten wachten de auto opgehaald. Het inchecken verliep probleemloos, we konden niet naast elkaar zitten, maar zaten schuin achter elkaar. We namen nog een extra grote cappuccino, omdat we niet wisten hoe de kwaliteit van de koffie in Sri Lanka zou zijn. Het boarden verliep heel rustig en gedisciplineerd iedereen ging keurig in de rij staan en er werd niet voorgedrongen. Aan boord van het vliegtuig was er een alleen reizende dame, die spontaan aanbood om te wisselen, zaten we dus toch gezellig naast elkaar. De verzorging aan boord was super en het personeel uitermate vriendelijk. We hadden prachtige uitzichten tijdens de stijging op Düsseldorf en de Rijn, ook onderweg prachtige plaatjes vanuit ons raampje. Voordat we het in de gaten hadden waren we al in Abu Dhabi. Hier hadden we even tijd om naar de wc te gaan en te gapen naar de pracht en praal in de winkels van de tax free. Tijd om iets te kopen hadden we niet.
Van Abu Dhabi naar Colombo was afzien, maar meer omdat we zelf zo moe waren en inmiddels rugpijn hadden van al dat zitten. Om 03.30 landen we op Bandaranaike International Airport van Colombo. De paspoort controle op het vliegveld duurde eindeloos en toen we eindelijk aan de beurt waren, was mijn Visa niet akkoord, maar na een bezoekje aan de office van the chief immigration kregen we toch allebei een sticker in ons paspoort en mochten we Sri Lanka in.
Na de douane (ongeveer 04.45) stortten we midden in de hectiek van de grote stad, massa’s mensen die stonden te wachten en daar tussen onze chauffeur. Hij looste ons het vliegveld uit en ging zijn auto halen.
Het was een wirwar van mensen en auto’s. Gelukkig wist onze chauffeur hoe wij eruit zagen, wij zouden hem niet meer herkend hebben. We vertrokken naar het hotel in Ratnapura, de verwachte reistijd was ongeveer 1½ uur rijden. Dat viel behoorlijk tegen doordat er een ingestorte brug was. En ook de wegomleidingen vertoonde allerlei kuilen en andere obstakels. We kwamen door allerlei stadjes en dorpjes. Er was nog weinig activiteit omdat was nog heel vroeg en aardedonker was. Het verkeer is hier levensgevaarlijk: ze rijden links, er zijn geen middenstrepen, overal soort tuk tuks, honden en koeien op straat die ingehaald moesten worden, regelmatig ging het maar net goed. Onze chauffeur lachte om onze reacties en bevestigde steeds dat hij ons “safe” naar het hotel zou brengen.
Uiteindelijk waren we om 08.00 in ons hotel, waar we eerst genoten van een heerlijk ontbijt met vers vruchtensap en veel fruit. Het was een prachtig gelegen koloniaal hotel, waar we een mooie kleurrijke kamer met een terras kregen. Na eten gingen we een paar uurtjes slapen. Om 12.30 kregen we een uitgebreide lunch: Indonesische nasi geserveerd op bananenblad. Het lijkt een culinaire reis te gaan worden. Na de lunch vielen we tijdens het lezen allebei in slaap. Na het diner, met een lekker glaasje wijn, gingen we vroeg naar bed om te proberen het ritme van Sri Lanka zo snel mogelijk op te pakken.